Brazilië is niet voor beginners. Zo, dat is eruit. Het is een uitspraak die ik regelmatig gehoord heb, maar die ik eigenlijk heel erg ongenuanceerd vind. Was mijn eerste bezoek aan Brazilië intens? Absoluut. Wilde ik graag nog een keertje terug? Heel zeker!
Hoe ben ik in Brazilië beland? In de tijd dat ik met Carine samen ben heb ik al enorm verhalen over het land gehoord. Gekke verhalen, mooie verhalen, grappige verhalen, bizarre verhalen. Het werd me alleen door al deze verhalen al heel duidelijk dat het een heel andere wereld is dan Nederland. Begrijp me niet verkeerd, Nederland heeft absoluut zijn charmes en we hebben hier heel veel voorrechten. Zaken zijn goed geregeld, we hebben enorm fijne infrastructuur, leuke steden en mooie natuurgebieden. Het is veilig en voorspelbaar. Brazilië is in veel opzichten het tegenovergestelde. Het is een enorm groot land met even zo grote tegenstellingen, chaos, meer onzekerheden en onvoorspelbaarheid. Een prachtig land met heerlijke stranden, uitgestrekte natuur, schitterende landschappen en bruisende steden. Maar het grootste charme is denk ik de rijke en bruisende cultuur. En het eten natuurlijk. Ik krijg het gevoel dat juist door de onzekerheden en moeilijkheden, de Brazilianen toch altijd het beste uit hun leven willen halen. Het zijn levensgenieters die houden van muziek, dans, drank, zon en goed eten. Als bourgondische Limburger pur sang zie ik daar natuurlijk wel wat raakvlakken. Ik voelde een aantrekkingskracht.
Op Kerstavond trof ik Carine in Madrid. Zij was vanuit Londen daarheen gevlogen, en vanuit Madrid zouden we samen door vliegen naar São Paulo. Ik had een mini kerstboompje met lichtjes meegenomen en een kleine fles bubbels voor in het vliegtuig. Tijdens de vlucht toverde ik daarmee de opklaptafeltjes om tot een zeer bescheiden, kleinschalig, maar toch feestelijk kerstdiner. Je moet toch wat hè? Na aankomst in ‘Sampa’ vlogen we meteen door naar Porto Alegre, in het zuiden van het land. Daar zou ik dan eindelijk mijn schoonfamilie ontmoeten. Dat is sowieso een spannend moment, maar helemaal na een reis van bijna 24 uur in totaal, in een land aan de andere kant van de wereld waarvan je de taal niet spreekt. Ondanks verwoede Duolingo-pogingen om een beetje Portugees te leren, is het spreken van de taal toch een heel ander verhaal. Maar alles op zijn tijd. Ik werd warm ontvangen door Carine’s familie. Na thuiskomst kon ik meteen punten scoren met de meegenomen stroopwafels en Tony’s Chocolonely. Natuurlijk de oranje variant. Want dankzij mijn insider-informatie wist ik dat Brazilianen best wel zoutekauwen zijn.
Ondanks de taalbarrière voelde ik me thuis. Met een paar woordjes en heel veel handen- en voetenwerk kom je in de communicatie gelukkig al een heel eind. En de universele talen van muziek en eten spreekt gelukkig iedereen. Ik genoot met volle teugen van de letterlijke en figuurlijke warmte, van de gezelligheid en de altijd goede sfeer. We gingen met zijn allen naar het strand in Florianópolis voor de jaarwisseling. Een uur of 6 in een volgepakte, kleine auto. Herinneringen aan vroeger toen ik vroeger met mijn ouders en zus in een volgepakte ‘eend’ naar Renesse ging op vakantie. In Floripa werden we opgewacht door een paar van Carine’s beste vrienden en een lekker koud glas tonic. Vreemd smakende tonic, vond ik. Bleek dus gin-tonic te zijn met vooral veel gin. De toon was al snel gezet! Bij elke persoon die ik leerde kennen was het hetzelfde verhaal: Ik werd letterlijk met open armen ontvangen. Brazilië leeft, en ik voelde ook echt dat ik leefde.
Na een weekje strand en een paar tinten bij te zijn gekleurd, vertrokken we naar het noorden, naar Rio de Janeiro. Een AirBnB op de Copacabana wachtte op ons. Ik kon niet wachten om Rio te ervaren, en het stelde niet teleur. Een mooie stad die niet zo groot aanvoelt dan hij werkelijk is. Onze eerste dag op het strand van de Copacabana leerde me al snel dat je daar gerust een hele dag kunt blijven zonder van je plaats te hoeven gaan. Want voor cocktails, eten of een nieuwe zonnebril of bikini hoef je je vinger maar op te steken naar één van de vele verkopers die er rondlopen. Het was druk, maar leuk druk. Het waren de laatste dagen van onze reis, en één groot feest stond ons nog te wachten. De voorbereidingen voor carnaval waren al in volle gang en hoewel we tijdens het feest zelf niet in Brazilië zouden zijn, konden we wel een repetitie bijwonen van 1 van de grootste samba-scholen van Rio. Met een geblesseerde voet (lang verhaal, bespaar ik jullie) een hele avond samba proberen te dansen is ook echt niet voor beginners kan ik je vertellen. Maar het nodige bier en pijnstillers (geen verstandige combinatie, ik weet het) hielpen me er doorheen.
Met de nodige weemoed reisde ik weer naar huis. Carine zou nog een paar weken blijven, maar ik moest weer aan het werk. Gelukkig zou mijn terugkeer niet lang op zich laten wachten. Een jaar later verbleef ik er nog een keer twee maanden. De foto’s daarvan volgen nog. Brazilië zal altijd een speciale plek in mijn hart hebben.